Op de site Weer.nl –  Bron MeteoGroup – april 2016

Deze pagina van Weer.nl blijkt definitief verwijderd te zijn, vandaar hier de tekst ( data toegevoegd)

Met een hoogste temperatuur van slechts 9,3 graden in De Bilt was het op 23 april opmerkelijk koud in Nederland. Voor een vergelijkbaar koude dag zo laat in april moesten we alweer 25 jaar terug, naar 1991 toen het kwik ook in De Bilt op 9,2 graden bleef steken. De lage temperatuur van gisteren is des te opmerkelijker als je bedenkt dat het voorjaar in Nederland sinds 1991 door de klimaatverandering gemiddeld een stuk warmer is geworden. De kansen op koud weer, zo laat in het seizoen, zijn daarmee nu gewoon kleiner dan destijds. En het is nog niet gedaan: de aller koudste lucht komt nog, vanaf morgenavond de 25e april. Er vallen dan opnieuw winterse buien (Frank: De Bilt kwam achteraf op 25 en 26 april niet aan de 8 graden).

Het zag er de 23e april bijzonder uit in de Arctische lucht die met een noordelijke tot noordwestelijke wind over ons land stroomde. Felblauwe luchten werden afgewisseld door uitermate pluizige stapelwolken (in de zeer koude bovenlucht vrijwel volledig bestaand uit ijskristallen). Soms waren de wolken zelf al weg terwijl de neerslag die eruit was gevallen (op enige hoogte alleen maar sneeuw) overduidelijk nog in de lucht hing. Dan kreeg je toch nog een buitje over, vaak met korrelhagel, regen en een beetje natte sneeuw. Tussen de buien door waren de zichten indrukwekkend goed.

Sneeuwduintjes 1979
Voor de laatste keer dat we zo laat in het seizoen nog met winterse perikelen te maken hadden, moeten we nog verder terug, naar het jaar 1979. Na de strenge winter van dat jaar (die feitelijk toch één van de spectaculairste winters van de vorige eeuw is geweest), was het eind april en begin mei bijzonder koud. Op Koninginnedag vielen winterse buien en op 2 en 4 maart werd het in het westen en noorden van het land tijdens hevige sneeuwbuien nog plaatselijk echt wit. In de buurt van Schiphol had het verkeer op 2 mei tijdens sneeuw zelfs nog last van sneeuwduintjes.

Nadien is in de lente warmer geworden. De winterse buien uit de weerspreuk ‘Aprilletje zoet geeft ook nog weleens een witte hoed’ verdwenen uit beeld. Steeds vaker was het vroeg warm en na heel lang begon april ook weer zomerse dagen te produceren. De top maanden waren april 2007, 2009, 2011 en 2014 die nu samen de top 4 van warmste aprilmaanden sinds 1706 vormen, met als koplopers de bijna zomerse aprilmaanden van 2007 en 2011. Het is, met al die warme aprilmaanden nog vers in het geheugen, niet vreemd dat veel mensen de kou van nu als bijzonder ervaren.

Het begon boven de Noordpool
De kiem voor de kou van werd eind februari al in de stratosfeer boven het Poolgebied gelegd, toen zich daar een SSW, een plotseling zeer sterke opwarming van de luchtlagen daar voordeed. Een gevolg hiervan was dat vanuit de stratosfeer boven de Noordpool dalende luchtbewegingen op gang kwamen, die pas weken later tot het aardoppervlak doordrongen en daar de opbouw van een sterk hogedrukgebied tot gevolg hadden. Dat hogedrukgebied ligt er nu enige tijd en heeft – zoals in dit soort situaties vaak gebeurt – intussen een uitbreiding tot boven de Oceaan gekregen, met een aparte kern ten zuidwesten van IJsland. Aan de oostflank van dit, ook in de hogere delen van de atmosfeer behoorlijk sterke hogedrukgebied, is koude – van de Noordpool afkomstige – lucht ver naar het zuiden afgestroomd en veroverde de 22e Nederland.

Dat die lucht voor de tijd van het jaar ongebruikelijk koud is, mag blijken uit wat er op een hoogte van ruim 5 kilometer gebeurt. De 24e daalde het kwik boven Noordoost-Nederland daar al tot ongeveer 36 graden onder nul, en de 25e / 26e kwam nog koudere lucht over. Het kwik daalde op ruim 5 kilometer hoogte – en nu boven heel het land – voor langere tijd tot 37 en lokaal zelfs 38 graden onder nul. Ook middenin de winter zouden dit voor Nederlandse begrippen bijzonder lage temperaturen zijn, laat staan in de laatste week van april. Pas na de 27e zou de aller koudste lucht Nederland uit Nederland verdrongen worden.

Bijzonder schouwspel
De combinatie van de steeds kouder wordende lucht en de in deze tijd van het jaar bepaald niet warme Noordzee, levert op de satelliet- en radarbeelden van dit moment een bijzonder schouwspel op; namelijk dat van een oneindige stroom winterse buien die vanaf zee op Nederland afkomt. Sommige buien waren vanochtend meteen al zo actief dat er ook onweer bij gemeld werd. Dat soort beelden verwacht je in het najaar als de zee warm is, maar normaal gesproken dus niet in het late voorjaar. Het zegt ook iets over hoe koud de lucht is die nu bij ons wordt aangevoerd.

Door de afkoelende bovenlucht ontstaan ook boven het oosten en zuidoosten van het land, waar het vanochtend nog droog was, steeds meer buien. Het zijn er duidelijk meer dan gisteren en ze zijn ook actiever. Tussendoor komt de zon nog wel tevoorschijn. De temperaturen zijn laag. Met hulp van de zon kan het een graad of 8  worden, tijdens winterse buien is het een stuk kouder.

Als de koudste lucht op Nederland afkomt, wordt het buienaandeel nog een stuk groter. Eerst komt een storing over, horend bij een lagedrukgebied dat zich in de koude lucht in de buurt van Denemarken vormt. Het wordt in de loop van de ochtend dan ook bewolkt en er trekken geclusterde buien over, waarbij er kans is op hagel en onweer. Laat in de middag trekt dit gebied via het zuiden het land weer uit. Omdat er maar weinig ruimte voor de zon is, wordt het op veel plaatsen niet warmer dan tussen 6 en 8 graden. Achter de storing komen vanuit noorden, als de koudste lucht begint binnen te stromen, meteen winterse buien het land op. De lucht is dan zo koud dat de kans op hagel en natte sneeuw behoorlijk groot is. Ook kan het tijdens buien tot onweer komen.

Behalve de buien en de lage temperaturen valt ook de wind op. Hij waait uit het westen en kan vooral in het westelijke en zuidwestelijke kustgebied in de avond tijdelijk tot krachtig of hard aantrekken. De combinatie van buien, wind en temperatuur lijkt het voor het gevoel een erg onaangename –bijna winterse – dag te gaan maken. Ook dinsdag, als de koudste lucht zich nog steeds boven ons land bevindt, vallen winterse buien, afgewisseld door af en toe een beetje zon en bij bedroevend lage temperaturen van maximaal ongeveer 7 graden. Vanaf Koningsdag dan lijkt het aantal buien geleidelijk wat minder te worden en gaat de temperatuur weer iets omhoog.

April eindigt beneden normaal
Door de kou van de komende dagen gaat de gemiddelde temperatuur van de aprilmaand, die nu met 9,7 graden nog 1,3 graden boven de norm ligt, flink omlaag. (Frank: April eindigde op 8,7°, normaal 9,2°). Deze 8,7° was duidelijk lager dan de voorgaande decembermaand, die uiteindelijk met 9,6 graden de boeken in ging. De enige keer dat dit eerder is gebeurd was in 1989. Toen had april een gemiddelde temperatuur van 6,9 graden en eindigde de voorgaande decembermaand met een gemiddelde van 7,0 graden. Feitelijk was die prestatie dus nog een stukje indrukwekkender dan wat april dit jaar klaarspeelt. Het was dan ook in een andere tijd.

Originele bron was: MeteoGroup.